Ingrediënten (voor 4 personen)
Voor de basis:
- 1 middelgrote bloemkool (ongeveer 800 g), in roosjes gesneden
- 400 g rundergehakt
- 1 ui, fijngesnipperd
- 1 teentje knoflook, fijngehakt
- 1 eetlepel olijfolie
- 1 theelepel paprikapoeder
- ½ theelepel nootmuskaat
- Zout en peper naar smaak
Voor de kaassaus:
- 40 g boter
- 40 g bloem
- 400 ml melk
- 150 g geraspte jonge kaas (zoals Goudse of belegen)
- 1 eetlepel mosterd
- Zout en peper naar smaak
Voor de topping:
- 50 g extra geraspte kaas
- Verse peterselie of bieslook, fijngehak
Bereidingswijze
1. De bloemkool koken
Breng een grote pan met licht gezouten water aan de kook. Voeg de bloemkoolroosjes toe en kook ze 6 tot 8 minuten, tot ze beetgaar zijn. Giet af en laat goed uitlekken.
Tip: Laat de bloemkool even stomen in een vergiet zodat overtollig vocht verdampt. Zo blijft de ovenschotel stevig en niet waterig.
2. Het gehakt bakken
Verhit de olijfolie in een koekenpan op middelhoog vuur. Fruit de ui en knoflook tot ze glazig zijn. Voeg het gehakt toe en bak het rul en goudbruin. Breng op smaak met paprikapoeder, nootmuskaat, zout en peper.
Laat het mengsel kort doorbakken zodat de smaken goed samenkomen.
3. De kaassaus maken
Smelt de boter in een steelpan op laag vuur. Voeg de bloem toe en roer goed door tot een gladde roux ontstaat. Laat dit 1 minuut garen zodat de bloemsmaak verdwijnt.